Net als in andere gemeenten komen in onze gemeente ook vele soorten dieren voor. De meeste soorten zijn gewenst, maar een aantal niet. Wel horen alle dieren, met uitzondering van invasieve exoten, tot onze biodiversiteit en zijn dus een onderdeel van onze leefomgevingen. De ongewenste soorten worden ook wel plaagdieren genoemd, in de volksmond beter bekend als ongedierte. Plaagdieren hebben een beschermde of onbeschermde status, dit hangt af van de soort waar we het over hebben. 

De meest bekende die we bestempelen als plaagdieren zijn in onze gemeente:

Voor overige soorten informatie zie de KAD kennisbank: https://www.kad.nl/kennisbank/dierplagen/ 

Afbeelding van een rat

Overlast

Ervaren we overlast, dan heeft dit altijd een oorzaak. Afhankelijk van de soort en omstandigheden dragen we meestal persoonlijk en/of gezamenlijk bij aan de overlast. In sommige gevallen kan de overlast ook geïntroduceerd worden vanuit andere omgevingen, bijvoorbeeld wanneer plaagdieren meeliften met transport en reizigers. Ook kunnen sommige plaagdieren de omgeving op eigen kracht binnenkomen. Als mens zijn we geneigd om de schuld snel bij een ander neer te leggen, terwijl we zonder het te beseffen zelf vaak bijdragen aan ervaren plaagdruk. 

Voorbeeld: bruine ratten

Bruine ratten komen in Nederland en dus ook in onze gemeente pas voor sinds de 17e eeuw. Wij als mensen hebben deze bruine ratten zelf geïntroduceerd, bijvoorbeeld vanuit Azië met onze handelsschepen. Bruine ratten komen in onze natuurgebieden, op boerderijen, industrieterreinen en in onze woonomgevingen voor. In onze natuur ontstaat in principe geen directe plaagdruk. Er is simpelweg onvoldoende voedselaanbod en er zijn natuurlijke vijanden die de populaties ratten in balans houden. Wanneer we gaan recreëren in onze natuurgebieden en daar voedsel achterlaten, dan neemt het aantal ratten hier ook toe. In onze woonomgevingen leven nu eenmaal ratten, dat gaat niemand meer voorkomen. Ratten horen dus in onze samenleving. Net als mensen zijn ratten altijd op zoek naar voedsel en vocht om te (over)leven en naar een dak boven het hoofd. Is er een constant aanbod van voedsel en schuilgelegenheden, dan nemen populaties ratten toe.

Preventie

Met preventie bedoelen we het voorkomen dat de aanwezigheid van plaagdieren leidt tot tot onwenselijke situaties. De leefwijze van de soort en het gedrag van ons als mensen zijn hier bepalend in. Iedereen levert dus een bijdrage als het gaat om het op orde houden van onze leefomgevingen. Alleen een keurig onderhouden woning en een nette tuin is niet voldoende als de omgeving niet onderhouden wordt en zwerfafval en voedsel volop aanwezig zijn. Plaagdieren zoals bruine ratten houden zich in de meeste gevallen niet aan grenzen. Preventie is dus een gezamenlijke opdracht aan ons allemaal. Met allemaal bedoelen we in het algemeen:

  • De gemeente (denk aan: groenvoorziening, afvalverwerking, rioolbeheer, handhaving);
  • Provincie;
  • Waterschap;
  • Woningbouwverenigingen;
  • Verenigingen van Eigenaren;
  • Ondernemers(-verenigingen);
  • De inwoners van de gemeente Reusel- De Mierden.

De aangewezen uitvoerende diensten van de gemeente zijn dus niet alleen verantwoordelijk voor de preventie en bestrijding van plaagdieren. Wie waarvoor verantwoordelijk is, is afhankelijk van de soort. In het kader van volksgezondheid heeft de gemeente een zorgplicht. Dit is wettelijk vastgelegd. Om deze redenen handelt de gemeente als toezichthouder, sparringpartner en handhaver voor alle betrokken inwoners, recreanten en werkenden in onze gemeente. De gemeente Reusel- De Mierden laat zich hierbij ondersteunen door het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen uit Wageningen (KAD) https://www.kad.nl/ 

Noodzakelijke bestrijdingen 

Bestrijden van plaagdieren is soms wenselijk, maar niet altijd een noodzaak. Dit hangt meestal af van de soort en de omgeving. In de openbare ruimte is de gemeente hiervoor verantwoordelijk. Heb je ratten op je eigen terrein of in je woning? Dan ben je zelf verantwoordelijk, maar kun je wel advies vragen aan de gemeente. Zwemt er een rat in de sloot, dan betekent dit niet dat er direct een bestrijding ingezet moet worden. Worden er meerdere ratten gesignaleerd in een bepaalde situatie, dan kan een bestrijding wenselijk zijn. Wel moet er dan eerst gekeken worden naar de oorzaken. Naast bestrijding moeten er dan ook preventieve aanpassingen gedaan worden. 

Bestrijding op openbaar terrein alleen is niet echt zinvol als de oorzaak ligt op een niet openbaar gebied. Wespennestenbestrijding is vaak niet noodzakelijk. Diverse wespensoorten zijn zeer nuttige insecten. Zit er een wespennest in een speeltuin of bijvoorbeeld bij de ingang van een school of verzorgingstehuis, dan is het raadzaam om een bestrijding uit te laten voeren. De gemeente laat dit bij noodzaak doen in het openbaar gebied. voor Invasieve exoten, soorten die hier niet thuishoren en overlast veroorzaken (zoals bijvoorbeeld de Aziatische hoornaar), kun je altijd een beroep doen op de gemeente voor (ondersteuning bij) bestrijding. 

Last van plaagdieren?

Het bestrijden van ongedierte in de openbare ruimte is geen officiële taak van de gemeente. Alleen als de volksgezondheid in gevaar dreigt te komen, komt de gemeente in actie. Bijvoorbeeld als de overlast door het ongedierte zo ernstig is dat een hele buurt of wijk risico loopt op ziekten.

Heb je last van de eikenprocessierups, ratten, de steenmarter, muizen, wespen, houtworm, kevers of mieren. Wij geven je graag advies. Ook kunnen we je doorverwijzen naar een ongediertebestrijder.

Voor vragen kun je contact met ons opnemen via telefoonnummer 0497-650650 of een melding doen via de BuitenBeter-app.

Bestrijdingen in opdracht van de gemeente worden uitgevoerd volgens de volgende stappen:

  • De soort is vastgesteld;
  • De risico’s met betrekking tot de omgeving zijn vastgelegd;
  • De (vermoedelijke) oorzaken zijn vastgelegd;
  • De resultaten van de bestrijdingen worden vastgelegd;
  • De betrokkenen worden geïnformeerd;
  • De uitgevoerde preventieve stappen worden beoordeeld.